Het laatste (puzzel)stukje… Ik schreef deze 4 verhalen om te laten zien hoe vaak mensen, ieder op hun eigen eilandje, mooie ideeën en vooral ook mogelijkheden zien, maar ze nog niet makkelijk durven delen met anderen. Ervaren, Delen, Doen. Daarmee begint het. Durf jij?

Deel 1 vind je hier, deel 2 hier, deel 3 hier.

 

Ze woonde op nummer 8.

Met haar ouders en zus. Op nummer 10, vlak naast hen, woonde dat enorme gezin. Altijd lawaai. Ruzie. Gedoe. En tegelijkertijd was het ook supergezellig. Altijd was er wel een vriendinnetje om mee te spelen of een ijsje over als ze buiten druk bezig waren samen. Haar ouders ontliepen de buren. Omdat ze ‘anders’ waren. Ze begrepen niet zo goed waarom er 8 kinderen moesten komen. Hoe belangrijk is een achternaam nu helemaal? Beetje dom om zover door te gaan als je in zo’n klein huisje woont.

Haar beste vriendin was de een-na-oudste van het gezin. Samen liepen ze naar school, ze overhoorden elkaar en soms mocht ze helpen om die enorme berg aardappels te schillen die daar iedere dag al voor klaar stond. Zij begreep ze eigenlijk best goed. Ze had zo’n groot gezin best gaaf gevonden. Altijd iemand om mee te klieren of te lachen… haar eigen zus was maar saai.

Op een dag stond de politie op de stoep. Ze schrok even. Het bleek voor nummer 10 te zijn. Daarna kwamen er nog veel meer mensen die daar naar binnen gingen. Uiteindelijk zag ze hoe een voor een de kinderen uit huis gehaald werden. Soms gingen ze mee met de mevrouw die daar ook al langere tijd over de vloer kwam om te ‘praten’, maar soms waren het ook nieuwe mensen.

Haar vriendin werd als laatste opgehaald. Wat was ze verdrietig en boos. Ze wilde bij haar moeder blijven, maar het mocht en kon niet. Ze vroeg haar zelfs of zij een beetje op haar moeder wilde letten en af en toe de post nog eens voor haar voor wilde lezen. Daarna werd het stil in de straat. Heel stil.

In de jaren daarop dacht ze nog geregeld aan het gezin met de 8 kinderen. Ook toen ze ging studeren en uiteindelijk een baan vond in de zorg. Manager. Ze stuurde 8 woongroepen aan en werd door iedereen gezien als een betrokken, warme, invloedrijke leidinggevende. Van binnen voelde het anders. Ze zag wat er allemaal niet lekker liep en ze merkte dat ze daar maar heel weinig invloed op kon uitoefenen. Ze kreeg het gevoel dat ze niets kon doen om het leven van de cliënten op de groepen te veranderen en dacht er zelfs over te stoppen met haar werk.

Tot er een nieuwe cliënte werd geplaatst. Ergens kwamen zowel de naam als het uiterlijk van de vrouw haar bekend voor. Het duurde een paar weken voor ze het volledige dossier door kon lezen. De moeder van haar voormalige beste vriendin woonde in een appartement op een van ‘haar’ groepen.

Ze is dezelfde dag nog langs gegaan. Ze herkenden elkaar meteen. Er vloeiden tranen, er werd geknuffeld en daarna ook gelachen. Al snel ging het gesprek over de tweede dochter, de vriendin van de manager. Zij bleek vrij snel weer langs te komen bij haar moeder en een ontmoeting werd geregeld. Na gesprekken met haar voormalige vriendin en de begeleiders van de vrouw wist zij ineens wat ze te doen had.

Er werd contact gelegd met de instellingen waar de vier kinderen woonden en steeds weer kreeg de manager te horen hoe de kinderen hun moeder misten. Nu er contact was konden er in ieder geval bezoekjes georganiseerd worden. Ze zag hoe de vrouw daarvan opbloeide. Ergens broeide en bruisde er ook iets dat nog verder ging en groter was… maar of dát ooit zou gaan lukken? Misschien was het wel het domste idee ooit!

Als ze aan het eind van een lange werkdag haar laptop dichtklapt voelt ze het ineens helderder dan ze ooit iets gevoeld heeft. ‘Als we het niet proberen, zullen we nooit weten of het lukt.’ Ook al zou het achteraf het domste zijn dat ze ooit gedaan had, ze gaat het bespreekbaar maken. Hoe het dan verder gaat zullen ze daarna, samen, wel zien. Het is de hoogste tijd voor verandering, in ieder geval voor de buurvrouw en haar kinderen. Dit voelt goed.

Met een brede glimlach ritst ze, in één vloeiende beweging, haar laptopkoffertje dicht.

X Naath

 

Deel 1 vind je hier, deel 2 hier, deel 3 hier.