Het verleden. Wat kan er veel gebeuren in een mensenleven. En wat vertellen we er graag over. Ik heb daar zelf ook zo’n handje van. Iemand deelt iets en HOP, ik weet nog wel een verhaal dat daarmee te maken heeft. Iets dat ik zelf heb meegemaakt of gehoord heb. Iets spannends, ontroerends, heftigs of zieligs. Steeds weer floept er zo’n verhaal uit. En het gaat bijna altijd over iets dat gebeurd is.

Waarom doe ik dit? (En ik weet dat ik niet de enige ben ). Ergens hoop ik dat wat er gebeurd is niet vergeten wordt en door mijn verhaal in leven blijft. Voor mooie verhalen natuurlijk helemaal prima. Maar het zijn ook vaak verhalen die niet zo mooi zijn. Ik was zelfs een heel boek aan het schrijven over ‘het verleden’. Ik dacht dat ik dat deed omdat ik mensen wilde helpen. Begeleiden. Adviseren. Dat ze er iets uit zouden kunnen halen om het verleden zelf een plek te kunnen geven.

En ineens dacht ik… wat ben ik nou eigenlijk aan het doen? Ik laat mensen mijn verhalen nog eens meemaken, alsof ze niet voorbij zijn maar steeds weer opnieuw herleefd moeten worden. Willen ze dat überhaupt? En de belangrijkste vraag: wat de FUCK hebben zij daaraan? Ze lezen een triest verhaal en gaan denken: “mmm… zoiets heb ik ook meegemaakt” en meteen zitten ze weer met allerlei herinneringen en gevoelens die misschien allang een plek hadden gekregen.

Wie ben ik om dat weer op te rakelen, los te maken, aandacht te geven? Is het niet veel leuker (en een stuk nuttiger, by the way!) om gewoon lekker met je aandacht te zijn bij wat er NU gebeurt? Ik probeer me de laatste tijd ook steeds meer in te houden als er verhalen gedeeld worden over iets dat er gebeurd is. En het leuke? Ik merk dat dát mij juist helpt! Na het verhaal van die ander is het klaar. Kan de tijd weer besteed worden aan iets dat op dat moment gebeurt. En gaat het niet nog drie kwartier over ongelukken, branden, trauma’s en ellende.

Ontken ik daarmee dat er klote-dingen gebeurd zijn? Nee. Zeker niet. Ik maak ze alleen niet OPNIEUW belangrijk. Hoe meer aandacht ik eraan besteed, hoe minder tijd ik overhou voor de leuke dingen. Hetzelfde geldt trouwens voor de toekomst. Urenlang nadenken over wat er allemaal mis zou kunnen gaan is voor mij ook niet zo efficiënt. Geen verwachtingen; dan klopt wat er gebeurt altijd. Heerlijk is dat!

Lukt het altijd? Nee hoor. Ik ben nog een ‘work in progress’. Maar die progress zit er zeker in. Ik kan steeds sneller terugschakelen. Remmen. Stoppen. Naar mijn lijf gaan: wat voel ik? Wat zie ik? Wat hoor ik? Hoe voelt het tafelblad onder mijn handen? Of die rieten stoel? Hoeveel verschillende tinten blauw zie ik? Het brengt me meteen terug naar het hier-en-nu. Naar wat wèl echt is. Want al dat vroeger en straks… dat is simpelweg een spelletje van mijn hoofd. Meer niet.

Ben ik bang voor iets? Dan stel ik mezelf meteen de vraag: “is die tijgerhaai er nu echt? Fysiek?” Tot nu toe was het antwoord daarop steeds ‘nee’: dus: geen gevaar! Of “woon ik nu al in een doos onder de brug?” Ook niet! Angst voor dingen van vroeger? Zelfde trucje! “Gaat er iemand nu over mijn grenzen heen? Gebeuren er dingen die ik niet wil?” Nee. Wederom: niks om me druk over te maken.

De leuke dingen: daar kijk ik graag op terug en op vooruit. Zoals morgen mijn lief weer heerlijk vast kunnen houden J Nog 1 nachtje slapen. En dan ook weer: nu terug naar hier. Zee, boot, gezelligheid. De rest zien we morgen wel. Dat dat leuk wordt weet ik zeker. Bijna alles is namelijk leuk als je er op deze manier mee om kunt gaan. Behalve de tandarts dan

Geniet! LEEF! Nu! Tot vanzelf!

Naath