Daar zit ze
In haar rolstoel
Aan een ‘bar’
met nog drie anderen.
Ook die zitten
Te zitten.

Eenlingen
Op een rijtje
Allemaal
in hun eigen wereld.
Stil
Gesloten.

Ze vouwt haar handen
En bidt
Prevelend:
“Heer, vergeef me
Heer vergeef me”
Wel 100 keer
Achter elkaar.

Haar ogen starend
Nietsziend
Leeg.
Haar stem schor
Zacht
Soms opeens voluit.

En dan
Is er ineens
een bekend gezicht.
Haar uitstraling verandert
Wordt zacht
Lief.

Ze is ineens
Het omaatje
Dat ze
Diep van binnen
Was
En
Is.

90 jaar is ze.
6 kinderen
Zette ze op deze wereld.
Ze zag en hoorde
Alle ellende
Problemen
Van anderen.

Al die tijd zweeg ze
En bewaarde ze
Een enorm geheim.
Over haar eigen jeugd
Kindertijd
Terugdenken doet pijn.

Haar kinderen zijn boos
Verwijten haar
Dat ze vroeger
Zo moeilijk was
En nu weer
Op een andere manier.

Ze heeft slechte momenten
Valt soms ineens om
Plat op haar gezicht
Omdat haar handen
Niet helpen
Haar val te breken.

Een van haar dochters
Vond dat ze haar
Maar gewoon moesten laten vallen.
Dan was het tenminste
In 1 keer klaar.
Over en uit.

Zelf wil ze dat
Eigenlijk diep van binnen
Ook het liefst.
Dat het klaar is.
Ze is zo moe
En ze weet het niet zo goed meer.

‘Dement’
Zeggen ze
‘Parkinson’
Het zijn maar woorden
Maar het is vast
Niet goed.

Ze begrijpt de woorden niet
De blikken
De vragen
De andere ‘stilzitters’
Hoeven niet vast in hun stoel
Omdat zij niet vallen
Zoals zij.

Haar wereld is klein
Kleiner
Kleinst.
Eng
Onvoorspelbaar
Gevaarlijk.

Ze zit
En voelt
De lach
Die ze krijgt
En ineens
Lacht ze terug.

Heel soms
Is het nog fijn
Dan geniet ze
Van de kleine dingen
En dan weet ze
Mijn tijd komt vanzelf.

Ze stopt met bidden
Vertrouwt er maar op
Dat ze gaat
Als ze mag
En ze lacht nog een keer
Van oor tot oor.

Het is WEL goed.
Alles.

<3
Naath