Soms geloof ik het bijna niet. Dat hij me lief vindt. Van me houdt. Ook als ik loop te mopperkonten, miepen, foeteren, schelden en met deuren gooi. Best hard ook. Soms zeg ik dingen hardop tegen hem die ik eigenlijk nog niet eens in mezelf durf te fluisteren omdat ze zo eng zijn. Over mijn onzekerheid, mijn angst. Over dat gevoel dat me af en toe aanvliegt dat ik echt alles fout doe wat ik maar fout kan doen en dat de wereld eng en gemeen en stom is. Zo stom dat ik het dan gewoon ook echt niet meer snap.

In het begin verwachtte ik iedere keer weer dat er een busje zou stoppen waar drie mannen uit zouden stappen met zo’n omgekeerde jas en een grote injectienaald. “Komt u maar even mee mevrouwtje, u bent zó in de war! Wij hebben hier hele fijne smarties voor u.” Maar dat gebeurt nooit.  Omdat hij er gewoon voor me is. Me accepteert. En geen busje belt als ik raar loop te doen. Nee nee nee. Hij luistert. En kijkt. En voelt mee. Huilt mee. Lacht mee om dingen die helemaal niet grappig maar gewoon zwaar k*t zijn. Hij snapt me. Kent me. Weet me. Heeft me.

Heel af en toe denk ik nog dat het hele universum me gewoon loopt te fucken. Dat ze me laten geloven dat hij echt is en dat hij dan ineens… poef… weg is. Dat hij niet bestaat. Het kan soms ook bijna niet eens. Dat hij zoveel accepteert, onvoorwaardelijk blijft staan, ook als ik een trut ben en hem dingen verwijt die hij helemaal niet doet. Dan ben ik boos omdat ik zelf iets stoms gedaan heb en dan krijgt hij de schuld. Terwijl ik allang weet dat het van mijzelf is. Hij glimlacht dan. Houdt me vast. Laat me stampvoeten als een klein kind en rondrennen als een Pippi op Speed.

Het voelt zo goed. Dit onvoorwaardelijke, oneindige, altijd-kloppende en overweldigende. Echt. Als ik dit gevoel in een potje zou kunnen stoppen zou ik binnen no-time die Mustang cabrio kunnen kopen. Daarin zou ik dan de hele dag rondrijden. Met hem. En muziek. Auto-disco. Er bestaat niks fijners. O wacht. Toch wel. Zijn armen. Om me heen. Daar kan niks, niemand, noppes tegenop. Dan is alles goed. De wereld, het leven, hij en ik. Wij. Meer is het niet. Gewoon zijn en liefhebben. Dank je wel Lief. Ik heb je. Lief. En die Mustang? Die komt vanzelf een keer 😉 .

<3

Naath